Would you like to read this information again? Use the following options:

Alles over Luchtweginfecties

Powered by: KNMP logo
  • Algemeen

    De luchtwegen vormen de doorgang voor lucht tussen de buitenwereld en de kleine longblaasjes in de longen. In de longblaasjes wordt zuurstof opgenomen in het bloed en kooldioxide (een afvalstof) afgegeven.

    De luchtwegen zijn verdeeld in 'bovenste' en 'lagere' luchtwegen. De bovenste luchtwegen bestaan uit neus, keel, bijholten, middenoor, stembanden en luchtpijp. De lagere luchtwegen bestaan uit de grote en kleinere luchtwegen (bronchiën), het longweefsel en de longblaasjes.

    Luchtweginfecties komen zeer veel voor, vooral infecties van de bovenste luchtwegen. Rokers hebben meer kans op luchtweginfecties en hebben vaak langer klachten dan niet-rokers.

    Bovenste luchtweginfecties worden meestal door virussen veroorzaakt en hoeven niet behandeld te worden. Het gaat om verkoudheid, keelpijn, hoesten, middenoorontsteking en bijholteontsteking.

    Lagere luchtweginfecties zijn vaak ernstiger. Dit zijn bijvoorbeeld acute bronchitis en longontsteking.

    Bron: Nederlands Huisartsen Genootschap.
    Laatst bijgewerkt: 29 augustus 2006.

  • Medicijnen

    Penicilline- antibiotica
    Penicilline-antibiotica doden vele soorten bacteriën en hebben een goede opname in het lichaam. Ze blokkeren een eiwit dat een belangrijke rol speelt bij de bacteriegroei waardoor de bacterie afsterft. Voorbeeld is amoxicilline.

    Bij sommige patiënten wordt de amoxicilline afgebroken door bacteriën zodat het zijn werking niet meer kan doen. Clavulaanzuur gaat dit tegen en verbetert zo het effect van amoxicilline. Voorbeeld is amoxicilline in combinatie met clavulaanzuur.

    Tetracycline-antibiotica
    Tetracycline-antibiotica remmen de groei van vele soorten bacteriën. Ze remmen de eiwitaanmaak van de bacterie. Een bacterie die geen eiwit kan aanmaken kan zich niet meer vermenigvuldigen en sterft af. Voorbeelden zijn doxycycline en tetracycline.

    Macrolide-antibiotica
    Macrolide-antibiotica remmen de groei van vele soorten bacteriën. Ze grijpen in op de eiwitaanmaak binnen de bacterie. Een bacterie kan zonder eiwitten niet verder groeien. Hierdoor sterft de bacterie af.

    Macrolide-antibiotica worden vooral gebruikt tegen bacteriën die ongevoelig zijn voor andere antibiotica of tegen infecties op plaatsen waar andere antibiotica niet goed doordringen en bij mensen die overgevoelig zijn voor penicillinen. Voorbeelden zijn azitromycine, claritromycine en erytromycine.

    Chinolon-antibiotica
    Chinolon-antibiotica remmen de groei van vele soorten bacteriën. Ze blokkeren een eiwit dat een belangrijke rol speelt bij de bacteriegroei. Hierdoor kan de bacterie zich niet meer vermenigvuldigen en sterft af. Voorbeelden zijn ciprofloxacine en ofloxacine.

    Antibiotica van het sulfonamide-type
    Antibiotica van het sulfonamide-type doden vele soorten bacteriën. Ze dringen door in de bacterie en verhinderen de aanmaak van een stof die essentieel is voor de bacterie. Hierdoor sterft de bacterie. Voorbeeld is trimethoprim in combinatie met sulfamethoxazol.

    Cefalosporine-antibiotica
    Cefalosporine-antibiotica doden vele soorten bacteriën. Ze blokkeren een eiwit dat een belangrijke rol speelt bij de bacteriegroei, waardoor de bacterie afsterft. Voorbeelden zijn cefaclor, ceftibuten, ceftriaxon en cefuroxim.

    Trimethoprim
    Trimethoprim doodt vele soorten bacteriën. Het dringt door in de bacterie en verhindert de aanmaak van een voor de bacterie essentiële stof.

    Fusidinezuur
    Fusidinezuur remt de groei van verschillende bacteriën. Het belemmert bij de bacteriën de aanmaak van eiwitten. Zonder eiwitten kunnen bacteriën niet verder groeien. Het lichaam krijgt hierdoor de tijd om de bacteriën op te ruimen. Sommige bacteriesoorten sterven zelfs.

    Clindamycine
    Clindamycine is een antibioticum dat de groei van vele soorten bacteriën remt. Het grijpt in op de eiwit-aanmaak binnen de bacterie. Een bacterie kan zonder eiwitten niet verder groeien. Hierdoor sterft de bacterie. Clindamycine wordt vooral gebruikt tegen bacteriën die ongevoelig zijn voor andere antibiotica en bij mensen die overgevoelig zijn voor penicillinen.

    Flucytosine
    Flucytosine is een antischimmelmiddel en remt de groei van schimmels en gisten. Het wordt gebruikt bij infecties van de luchtwegen door verschillende soorten schimmels of gisten. Het verhindert dat de schimmel eiwitten aanmaakt. Om te groeien, heeft de schimmel eiwitten nodig. Zonder eiwitten sterft de schimmel af.

    Ribavirine
    Een luchtweginfectie kan worden veroorzaakt door een infectie met het zogenaamde RS-virus. Ribavirine remt de groei van het RS-virus. Het effect is echter niet zo groot.

Gerelateerde videos

Luchtweginfecties

Infectie van de bovenste luchtwegen wordt vaak verkoudheid genoemd. Verkoudheid is een kleine infectie in de neus en de keel. Bij normale ademhaling gaat er lucht via de neus en de luchtpijp naar steeds kleiner wordende luchtwegen. In en langs de ademhalingskanalen zijn er verschillende mechanismen actief om te voorkomen dat er lichaamsvreemde deeltjes en organismen door de neus binnendringen en ziekte veroorzaken.

Een van die mechanismen is het neusslijm, waarmee de binnenkant van de neus is bekleed om ongewenste ziektekiemen te vangen voordat ze in de luchtwegen doordringen. Ook wordt het lichaam tegen ziektekiemen beschermd door kleine trilhaartjes, die schadelijke deeltjes terugduwen nadat ze in de slijmvoering zijn blijven steken.

Wanneer schadelijke kiemen erin slagen deze verdedigingsmechanismen voorbij te komen, dringen zij verder in het ademhalingskanaal door en kunnen zij de longblaasjes bereiken. Daar binden witte bloedcellen de strijd aan tegen de ongewenste organismen. En daarmee ontstaan de klassieke tekenen van verkoudheid: ontsteking, zwelling, geïrriteerde slijmvliezen, niezen en een zere keel.

Je kunt een verkoudheid oplopen door aanrakingscontact, blootstelling aan rondzwevende deeltjes of door het aanraken van besmette voorwerpen of stoffen en vervolgens in de neus of ogen wrijven.

Luchtweginfecties

Infectie van de bovenste luchtwegen wordt vaak verkoudheid genoemd. Verkoudheid is een kleine infectie in de neus en de keel. Bij normale ademhaling gaat er lucht via de neus en…

Infectie van de bovenste luchtwegen wordt vaak verkoudheid genoemd. Verkoudheid is een kleine infectie in de neus en de keel. Bij normale ademhaling gaat er lucht via de neus en de luchtpijp naar steeds kleiner wordende luchtwegen. In en langs de ademhalingskanalen zijn er verschillende mechanismen actief om te voorkomen dat er lichaamsvreemde deeltjes en organismen door de neus binnendringen en ziekte veroorzaken.

Een van die mechanismen is het neusslijm, waarmee de binnenkant van de neus is bekleed om ongewenste ziektekiemen te vangen voordat ze in de luchtwegen doordringen. Ook wordt het lichaam tegen ziektekiemen beschermd door kleine trilhaartjes, die schadelijke deeltjes terugduwen nadat ze in de slijmvoering zijn blijven steken.

Wanneer schadelijke kiemen erin slagen deze verdedigingsmechanismen voorbij te komen, dringen zij verder in het ademhalingskanaal door en kunnen zij de longblaasjes bereiken. Daar binden witte bloedcellen de strijd aan tegen de ongewenste organismen. En daarmee ontstaan de klassieke tekenen van verkoudheid: ontsteking, zwelling, geïrriteerde slijmvliezen, niezen en een zere keel.

Je kunt een verkoudheid oplopen door aanrakingscontact, blootstelling aan rondzwevende deeltjes of door het aanraken van besmette voorwerpen of stoffen en vervolgens in de neus of ogen wrijven.

Bekijk video

Bronchitis

Bij normale ademhaling gaat er lucht via de neus en de luchtpijp naar steeds kleiner wordende luchtwegen, de bronchiën. De bronchiën vertakken zich tot bronchioli en uiteindelijk tot kleine trosjes…

Bij normale ademhaling gaat er lucht via de neus en de luchtpijp naar steeds kleiner wordende luchtwegen, de bronchiën. De bronchiën vertakken zich tot bronchioli en uiteindelijk tot kleine trosjes dunne, tere zakjes, de longblaasjes (medische benaming: alveoli).

Bronchitis is een ontsteking van de bronchiën. Wanneer de weefselcellen van de bekleding van de bronchiën bovenmatig geïrriteerd raken, werken de kleine trilhaartjes (cilia) niet meer, die in normale gevallen verontreinigende stoffen opvangen en uit de weg ruimen. Als reactie hierop wordt de slijmproductie hoger, en dit slijm veroorzaakt de karakteristieke bronchitishoest. De ontsteking kan worden veroorzaakt door virussen, bacteriën, roken of het inhaleren van vervuilende chemicaliën of stof.

Bekijk video